Men sal dat leer drie werven overstrikē met witte vā den eye / en̅ met gumwater / en̅ dan legt u gout
daer op en licket wel schoon. Oft doderen vā eyeren hert ghebraden / ghetempert met gumwater . Die
roode en dye groenē vellen mach men vernissen. Neemt een becken dat plat is / daer onder legt vier /
ende legt die vellen daer op / ende strÿckt also vernis op die vellen daer die verwe op leyt: maer eer
ghi die vellen daer op strÿckt / soe strÿcket werm op dat becken / en̅ dan latet drooghen / dan strÿckt
die verwe effen daer op en̅ alst drooghe is / so licket. Als ghi si schoon hebbē wilt / soe neemt een
eindeken keerssen / en̅ strÿcket aan uwen arme / vāder hant totten elleboghe / en̅ strÿcket metten
platten armē over.