Al dat gene, dat hart effen en gespannen genoeg is; om de penseelen en borstelen te verdragen, is bequaam; om den schilderen voor een veld of tafereel te dienen; als muirwerk, metalen, steenen, glas; daar niet te stoppen of te bewaaren valt, en aanstonts een grond met dikke verwen kan opgelegt worden, of panneel en doek of wat daar mede gemeenschap heeft, daar van wy, als den schilderen meest gebruikelijk, spreken zullen, te meer alzoo dit bereit zijnde, alles wat'er meer voorkomt, ligt te verstaan zal vallen.,Dewijle een schilder de nature vereeuwigen wil, en graag met zijn konstige werken zijne naam; zoo is voor al van nooden, dat hy panneel en doek zoodanig bereide, dat hy zijn oogmerk bereike en de betaalder van de konst niet te klagen heeft: 't welk met reden niet geschieden kan; als men op duirsaame tafereelen, duirsame Verwen konstig na de nature schildert.,Wat dan de panneelen betreft, daartoe is alle hout niet goet, en zonder dat we net konnen bepalen wat'er al voor bequaam hout is, en by den ouden, die duirsame panneelen gehad hebben, in gebruik was, zoo kammen nu op 't zekerste, zoo veel bekent schijnt, goed eyken-hout gebruiken, 't welk, als 't geschieden kan, uit een stuk moet genomen worden tot kleender schilderijen, en voor al moet het zonder Spint zijn.,En dat panneel maaktmen; om de zekerheid, tamelijk dik. Daar en boven overtstrijkt men 't 3 a 4 malen van agteren wel ter degen met spijk-oly; om voor de wormen bevrijt te zijn.,Het doek nu moet deugdelijk gesponnen zijn, en vast geweven, en zoo digt en fijn, als de sterkte kan toelaten: waar omtrent niet meer te zeggen valt; nu moeten wy aanwijsen, hoemen aan panneelen en doek een behoorlijke schildergrond zal mededeelen.,